Dear Comrades! Alleen Stalin kan ons redden
- Peter van Duyvenvoorde
- Apr 4, 2024
- 4 min read
Updated: Apr 5, 2024


Het bloedbad van Novortjerkassk. 2 juni, 1962. Er heerst een voedseltekort, de arbeiders, de oh zo heilige arbeider van het communisme, heeft al te lang te weinig te eten. Aan de macht van het immense rijk staat Chroestjov. De destalinisatie vindt al ruimschoots plaats. Er lijkt zo een nieuwe fase aan te komen, maar de sovjet blijft de sovjet. Als de arbeiders eenmaal gaan staken, ze gaan niet meer naar de fabriek, die kerk van het communisme, en versperren zelfs het spoor, loopt het uit de hand. Hoe het gebeurt, is onduidelijk, zelfs of het de bedoeling is. Maar er wordt een bloedbad aangericht: tientallen demonstranten worden gedood, nog veel meer raken er gewond en ook van het Rode Leger raken er tientallen gewond. Pas eind jaren '80 komt deze gebeurtenis naar buiten.
Ze rent weg uit de groep, de wc op, knielt en bidt tot God: 'lieve heer, lieve, lieve heer, zorgt u alstublieft dat zij nog leeft. Ik bid u.' Het is Lyuda die daar zit. Even later zingt ze: 'Kameraden, mijn kameraden, bescherm het vaderland onbaatzuchtig. Zowel op het land als aan het front.' Over tegenstellingen gesproken...
Via Lyuda kijken we als het ware naar het bloedbad. Ze behoort tot het ambtenarenapparaat, is overtuigd van het communisme, tegen de destalinisatie want hij, Stalin, is de grootste man uit de geschiedenis. Haar dochter is, ondanks het communisme, een gewone rebelse puber. Haar vader, een kozak, is tegen het communisme. Hij hangt rond in het huis. Zijn leven is sinds de Rode overwinning eigenlijk al voorbij. Het is slechts nog wachten tot zijn lichaam zijn ziel volgt. Hij laat zijn dochter in haar waan, maar vindt van alles het zijne.
Na het bloedbad is Lyuda haar dochter kwijt. Ze begeeft zich op een zoektocht door de film heen. Ondertussen wordt de sovjetraad van Novortjerkassk onder vuur genomen, figuur dit keer, door de hogere ambtenaren. Iedereen is als de dood dat hij wordt afgerekend, want op zijn best betekent dat het einde van een politieke carierre, op zijn slechtst betekent het een enkeltje – waarschijnlijk – naar de Goelag.
Met de Lyuda haar dochter zoekt, de symboliek is vrij duidelijk, komen haar overtuigingen steeds meer onder druk te staan. Geloofde ze als lokale ambtenaar ten diepst in het Stalinisme, nu ze de echte machthebbers ziet, hun egoïsme, hun bloeddorst, hun lafheid, gebrek aan verantwoordelijkheid, nu ze kortom inzicht krijgt in de ziekte van het systeem, de wreedheid van de bureaucraten, staat haar hele bestaan plotseling op losse schroeven. Zij wéét namelijk dat het de Russen (waarschijnlijk KGB) waren die begonnen met schieten op de demonstranten.
Dat de ogen niet makkelijk geopend worden, laten de eerder aangehaalde scenes zijn. Uit wanhoop o haar kwijtgeraakte dochter, bidt ze ineens. Terwijl ze niet veel eerder nog haar vader belachelijk maakte om het feit dat hij dat deed. God, die is al lang dood in communistisch Rusland. Stalin heeft zijn plek ingenomen. En niet veel later zingt ze weer een communistisch lied. Dat lijkt tegenstrijdig, maar ik denk dat dit niet het geval is: hoe meer ze haar ideologische overtuiging verliest, hoe harder ze liederen van het communisme zingt. Als om zichzelf te overtuigen.
Het ligt niet aan de Sovjet, het licht uiteindelijk niet eens aan de mensen en God, die heeft ook geen rol. Stalin zegt ze, dat is het probleem: we missen Stalin. Ideologie of, respectvoller gezegd, mens- en wereldbeeld kunnen maar tot een bepaalde laag afgepeld worden. Willen we niet waanzinnig worden.
De film komt misschien anti-communistisch over, en is dat misschien ook wel. Maar het is geen activistische film. De regisseur, Andrey Konchalovskiy, is op zoek naar iets anders. Dit maakt 'ie duidelijk op het moment dat de hoge heren moeten besluiten wat te doen tegen de opstand. De wapens opnemen zegt een van hen. Een generaal staat op: 'dat doe ik niet. Wij nemen alleen de wapens op tegen vijanden van buiten.' Uiteindelijk verliest de generaal deze strijd. Maar het laat zien: de regisseur gaat niet voor een makkelijke aanklacht. Veeleer laat hij zien hoe verschillende psychologieën, de volgeling, de leider, de slijmbal, de opportunist, de rebel, om elkaar heen bewegen in een systeem dat werkt op de paranoïde snaren en waarin niemand ooit écht zeker is van zijn bestaan. Morgen kan het helemaal anders zijn. Het zwart-wit dat hij gekozen heeft geeft, zoals atijd, een bepaalde puurheid aan de film. Maar maakt het soms misschien ook afstandelijk: de kijker blijft een toeschouwer, raakt er niet écht op betrokken. Dat heeft zijn voordelen, het wordt nooit sentimenteel, maar ook zijn nadelen: uiteindelijk maakt het me niet écht uit wat er met Lyuda gebeurt.
Oorzaak daarvan is dat zij niet zozeer een karakter van vlees en bloed is, maar instrument van de regisseur om in beeld te brengen hoe een wereldbeeld op losse schroeven komt te staan, de angst die daarbij komt kijken, de primitieve verlangens, en hoe we, hoezeer we ook meer inzien waar we daadwerkelijk aan toe zijn, er toch voor kiezen om houvast te vinden; hoe onzinnig die van buiten misschien ook lijkt. Emotioneel werkt het misschien niet, maar het geeft de film wel een oprechtheid: het is Andrey niet te doen om een aanklacht, maar om een oprecht onderzoek. En wat is dat verfrissend.
Comments